Translate

vrijdag 27 maart 2015

Gehaktdag


Al vele Jaren ben ik deze casus vergeten, tot voor kort. Oorzaak? mogelijk een deja-vu. Ik heb dat vaker. Waarom, weet ik niet. 

Ik zie soms in de tegenwoordigheid overeenkomsten met mijn eerdere ervaringen.

Lang geleden krijg ik met mijn maat een melding van Maastricht, destijds de politiemeldkamer in mijn rijkspolitietijd. Er zit een gewonde man tussen de gewassen ergens in mijn bewakingsgebied. 



De ambulance is al onderweg om hulp te verlenen. Ik weet niet waar ik aan toe ben. Maar zoals altijd ga ik met gezond boerenverstand op weg naar de opgegeven locatie om te helpen waar ik kan.

Mijn maat en ik zijn als eerste ter plekke. Na kort onderzoek treffen we tussen het wiegende graan, aangedreven door een weldadige bries van wind, een jongeman aan. Het is nota bene een mooie zomerse dag met een aangename temperatuur. Wat wil je nog meer. Het meldingenpatroon is tot dan toe rustig geweest. Mensen zijn zwemmen, fietsen of recreëren op ander kwalitatieve wijze.

We zien de jongeman rustig zitten alsof hij volledig een is met de natuur rondom hem. Hij heeft niet om aandacht gevraagd want hij zit een stukje van de openbare weg af. Hij heeft zijn eigenste ding gedaan en wil niet opvallen. Totdat natuurlijk de melder langskomt en politie en ambulance alarmeert. Het lijkt erop dat hij bewust op deze plek zit in afwachting wat er verder gaat komen en als er niets of niemand zijn richting uitkomt, dan is dit voor hem ook oké.

Dichterbij gekomen zien we dat de jongeman in een gemakkelijke positie zit. Hij heeft een T-shirt aan en draagt een lange broek. Dan komen we tot een zichtbare horror ontdekking. Zijn handen zijn ongeschonden maar er druppelt een doorzichtig bloedplasma uit zijn onderarmen. Deze in ogenschouw genomen weet ik eigenlijk niet precies wat er in mijn blikveld voorgeschoteld is.

Mijn omschrijving van wat mijn netvlies te verwerken krijgt is als een eufemisme te betitelen, zo erg is dit. Bijna, niet te omschrijven. Zijn beide onderarmen zijn zwaar gehavend met kapot glas. Dit glas heeft diepe sporen getrokken in zijn vlees dat grauw, blauw, bleek en totaal doorgesneden is. Zijn onderarmen zijn net als draadjesvlees. Eerder reeds is de jongeman behandeld voor zijn wonden en hebben dokters verwoede pogingen gedaan om zijn onderarmen te redden voor een nog ernstiger handicap –amputatie- en hebben met veel draad de wonden aaneen gehecht.

Zijn vlees bloed bijna niet meer. Teveel aderen zijn kapot getrokken met diep penetrerend scherp glas. Het doorzichtige vocht dat van zijn armen op de grond druppelt vormt twee kleine donkere poeltjes in de lichtbruine terra tussen het wiegende zomerse graan.

De ambulancebroeders nemen hem mee naar het ziekenhuis om zijn onderarmen te redden. Waarschijnlijk zal hij deze moeten gaan missen voor de rest van zijn leven i.v.m. de naderende amputatie, terwijl hij nog niet veel jaren op zijn teller heeft staan. De gezichten van de ambulancebroeders staan neutraal maar uiterst bedenkelijk over zijn redding kansen.

Tot dan toe heb ik nog nooit gehoord van mutilatie. Deze gruwelijke beelden blijven nog lang bij me, tot ook zij weer verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Een gedachte komt bij me op; Zou hij intussen eventueel zijn voeten getraind kunnen hebben om het vernietigende werk van zijn handen voort te kunnen zetten. Ik ben deze jongeman in mijn politieleven nooit meer tegen gekomen.


Ik denk wel eens van, wat doen mensen zich zelf toch aan en waar is het verkeerd gegaan zonder of met bijsturing.