mijn oude kloffie |
Op een prille nacht in het begin
van de week krijgen mijn collega en ik een melding van de OC (= meldkamer). In
een groot winkelcomplex in de buurt is ingebroken en de daders zijn ingesloten door alle beschikbare politie patrouilles bij de meeste in- en
uitgangen.
De diensthondengeleiders zijn
besteld maar net deze avond is er geen in dienst. Dat komt omdat zij veel
nachtwerk moeten verdelen onder de geleiders en dan moet er sporadisch “nee”
verkocht worden aan de politieorganisatie. Net nu deze nacht aan het begin van
de week.
De collega die als eerste ter
plaatse is (leider pd) wordt door ons collegiaal benaderd met de vraag wat hij
van ons verwacht en waar hij ons wil hebben. Dit wordt een nog niet bewaakte
uitgang. Zogezegd en zo gedaan, voldoen wij graag en meteen aan zijn
operationeel verzoek. Vooral nu de boeven binnen handbereik lijken te zijn.
De vermoedelijk daders zijn
gespot door een buurtbewoner die vanaf de naastgelegen flat een goede
uitkijkpositie heeft boven op de boeven. Zij zitten nog steeds op het dak van
dit immens grote winkelcomplex.
De verantwoordelijke collega
bezorgt de OC drukke momenten. Hij geeft constant sitraps (situatie
rapportages) omdat hij in telefonisch contact staat met de melder voor wie hij nu een doorgeefluik is.
Belangrijk om te melden is dat
het gaat om 2 personen die mogelijk hebben ingebroken. De precieze locatie van
de boeven op het dak is op dat moment nog onbekend. Dat zij niet kunnen ontvluchten
is evident want zij zijn door ons ingesloten en omsingeld. En dat weten ze.
Er moet iets gebeuren maar het
dak opklimmen, dat gaat niet want het is te hoog zonder ladder o.i.d. in de
nabijheid. Dat betekent automatisch dat de daders op hun beurt ook niet kunnen
ontvluchten want zij hebben hetzelfde logistieke probleem. Een mooie status
-apartis- quo. But so be it. Vanuit mijn positie heb ik zicht op mijn collega
die bij een andere in/uitgang staat op te letten.
Wachten duurt altijd veel te lang,
ik vind dat onprettig. Ik wil iets doen. Pragmatisme zit nu eenmaal in het DNA
van politiemensen. Ik heb geen oplossing of idee. De collega in charge roept
nog steeds sitraps onze politie ether in. We weten dus de bijzonderheden.
Helaas is dat niet al teveel.
Dan komt er een kroeskoppig
jongetje op mij af gelopen. Hij zegt tegen me van; meneer, u bent zeker op zoek
naar de inbrekers? Ik zeg jazeker, we zijn hard op zoek naar hen. Dan zegt hij
tegen me van; ik weet hoe u op het dak kunt komen en hij neemt me mee naar een
mooie sierwand in de buurt van een frituur in het winkelcomplex. De sierwand
heeft mooie sierlijke uitsteeksels enzovoort. Een prachtig mooie pittoreske
klim-wand. Kijk meneer, zegt het jongetje. Hier kunt u gemakkelijk omhoog, het
dak opklimmen. Ik doe dit vaak als ik mijn voetbal weer eens het dak op heb
geschoten. En als ik dat kan dan kunt u dat zeker!
Het portofoonverkeer is nog van
een druk kaliber. Ik kom er met geen mogelijkheid tussendoor. Snelheid van
handelen is zeker gewenst. Ik heb nog niets gehoord over gebruikt geweld en/of
wapens bij de boeven.
Het volgende moment klim ik tegen
de muur omhoog in de pittoreske uitsparingen het plat dak op. Mijn spieren
spannen aan en ik maak gebruik van mijn been-en armspieren om de afstand
verticaal te overbruggen. Ik voel me net een kat want ook ik heb groene ogen!
Het lukt mij prima en zonder buiten adem te komen weet ik de zone waar de
boeven zich verschuilen, te bereiken.
Wel heb ik de bescherming van de
mantel der duisternis en mijn professionele middelen als politieman. Als
extraatje mijn Maglite, mijn stevige metalen kameraad, die ook nog licht geeft
in de duisternis waar nodig! Tevens de noodknop van de portofoon die nog
eventueel acuut helpt bij indrukken in geval van nood. Dus ga ik verder op de
ingeslagen weg.
Behoedzaam struin ik het plak dak
af op zoek naar de boeven. Er zijn niveau verschillen dus de verassing is en
blijft geheel aan mijn zijde. Plotseling krijg ik de twee boeven in het oog.
Zij liggen achter een muur doodstil af te wachten. Hun uitstraling is er een
van angst voor wat er komen gaat. Ik nader hen stil en voorzichtig. Ik neem
geen risico’s want ik ken hun palmaressen op misdaad gebied niet.
Wanneer ik tot op korte afstand
ben genaderd zet mijn Maglite hen in de felle Spotlights. Tegelijkertijd spreek
ik mijn politie vocabulaire uit met woorden in de trant van; “Politie u bent
aangehouden wanneer u zich verzet wordt geweld tegen u gebruikt”. Nu maar hopen
dat mijn woorden –ik ben ten slotte maar een Limburger- voldoende kracht en
ontzag inboezemen.
Mijn gebruikte arsenaal aan
woorden en mijn duidelijke lichaamstaal laten gelukkig geen misverstanden
ontstaan. Nou maar hopen dat de boeven Nederlands verstaan. Zij zijn –naar
later blijkt- van oost Europese makelij. Dan klopt het toch weer dat
lichaamstaal voor circa 70% het gesprek domineert. Mooi in mijn geval, op het
plat dak ten overstaan van de inbrekers.
De aangehouden boeven volgen mijn
verdere aanwijzingen perfect op. Ik neem de inbrekers werktuigen onder me en
voer hen af. zij hebben geen andere wapens bij zich blijkt mij na controle. Zij
lopen mooi voor me uit naar de plek waar ik het dak ben opgeklommen, de mooie
pittoreske onbedoelde klim sierwand.
Yes, in a split of a second kan
ik via de portofoon mijn positie doorgeven en dat de boeven zijn aangehouden.
Bij klimwand wachten meerdere collega’s en de boeven worden snel afgevoerd naar
het politiehotel.
De klus geklaard en nadat de
administratie in orde is gemaakt gaan mijn collega's en ik weer de nacht in om
de samenleving veilig te maken. Het blijft rustig.
Mooi dat de melder zich de moeite
heeft genomen om de politie in eerste instantie te alarmeren en in contact is
gebleven met de politie. Zonder buurtbewoners als wakend oor en oog, vangt de politie
helaas veel te weinig boeven. Buurtparticipatie is altijd top.
Tot mijn volgende blog, groeten
Han