Translate

donderdag 3 juli 2014

Brylcreem "naturel"

Alleen op de wereld. Zo zou je je kunnen voelen wanneer je verdwaalt, in je eigen geest. Dat is logisch. Echter het kan je zomaar overkomen in eigen land waar je ooit je moedertaal en cultuur wel goed begrepen hebt.

Ik rij tijdens mijn surveillancediensten geregeld langs plekken in de drukte van de samenleving. Op een plek waar ik vaak moet stoppen vanwege het driekleurige verkeerslicht met die rode - huid verbrandende - kleur krijg ik altijd hetzelfde déjà vu. Als ik daar naar rechts kijk, zie ik een modern bankgebouw. Aan de buitenkant staat een pinautomaat waar de meeste mensen de dagprijs genereren. In de stad mag je nergens buiten de parkeervakken parkeren. Echter deze pinautomaat schijnt foutief parkeergedrag ernstig in de hand te werken.

Ik heb ooit een melding gekregen van een medewerker van deze bankinstelling. Bij binnenkomst in dit bankgebouw wacht uitnodigend een drankje. Je wacht rustig tot het moment dat een personeelslid vrij is om je te helpen met voor jou nodige bankaangelegenheden. De binnentemperatuur is er heerlijk via dure klimaatregeling.

De probleemstelling dan; een man laat zijn beurt steeds opnieuw voorbijgaan en blijft afwachten. Na een ruim tijdsbestek van ongeveer 3 lange uren valt zijn gedrag pas op. Hij drinkt niet. Hij praat niet. Personeel lukt het niet om contact met hem te krijgen. In de buurt liggen diverse bejaardencentra waar eventueel navraag gedaan kan worden. Dat is helaas niet gebeurd en dus wordt de politie in stelling gebracht want die lossen toch alles op!

Ik loop met mijn collega op de man af. Het is een grijze nestor in onopvallende kledij. Netjes verzorgd. De man heeft grijze netjes geknipte haren en een vriendelijk maar wel kinderlijk gezicht. Ik weet zeker dat hij uit de buurt komt, want het is net alsof hij een is met zijn omgeving. Ik probeer met de nestor in gesprek te komen. Hij lacht nog steeds vriendelijk maar er komt gen zinnig woord uit zijn mond. Mijn collega en ik polsen meteen bij onze meldkamer naar een mogelijke vermissing van een bejaarde inwoner. Verder gaan we meteen actief op zoek met Nestor als passagier in onze dienstauto.

Nestor heeft totaal geen idee wie hij is, waar hij is of wie er de mantelzorg over hem heeft. Totaal zero informatie. We rijden met Nestor overal in de buurt rond. Hij kan namelijk niet ver weg wonen. Hij kan niet met de bus zijn gekomen noch kan hij enige vervoermiddel besturen. Hij heeft niets bij zich. We blijven dus met dit prettig aimabel mens rondrijden op zoek naar zijn achterban.

Na korte tijd krijgen we het bericht dat er inderdaad iemand vermist is. Nestor voldoet volledig aan het signalement. De locatie is hemelsbreed 1 kilometer verder als het bankgebouw. Wij brengen hem meteen naar huis naar een appartementencomplex in het centrum, vlakbij.

Bij zijn woning wordt hij opgevangen door een ingehuurde zorgkracht die de vermissing gemeld heeft. Nestor weet van toeten noch blazen. De oorspronkelijke verzorgster is met vakantie en de zorg is overgedragen zoals dat heet. Start- en routeproblemen hebben gezorgd voor te laat komen, van de vervangster.

Nestor schijnt nagenoeg geheel zelfstandig te wonen met zorg een aantal keren in de week op afstand. Hoe bizar is deze situatie eigenlijk. Nestor is dus gedwongen om in zijn woning te blijven want zo gauw hij een stap buiten de deur zet, dan is hij de weg –naar huis- letterlijk al kwijt.

Nestor is dementerend en kan op eigen houtje niet functioneren. Het begrip achter de geraniums zitten krijgt nu wel een heel andere dimensie voor mij. Het is echter niet anders voor dit moment. Zijn woongenot, veiligheid, sociaal verkeer en ambulante zorg plaatsen bij mij de nodige vraagtekens.

Na het geven van een paar adviezen (telefoonnummer zichtbaar ergens bevestigen et cetera) nemen wij met gemengde gevoelens afscheid van hem.

Een tweede verhaal dan: Het is op een zondagochtend. Mijn collega en ik krijgen een melding van een verwarde man, die een woning kennelijk niet meer wil of kan verlaten. Het is niet ver uit de buurt. We gaan meteen naar de opgegeven locatie. De melder wacht ons al vertwijfeld op. Hij deelt ons mede dat hij een oude man zijn woning heeft binnengelaten. De man moest hoog nodig naar het toilet. Eenmaal op het toilet blijft hij in dit sanitaire paleis zitten en komt niet meer naar buiten!

Melder heeft al geprobeerd om contact met de man te krijgen maar er komt geen enkele respons behalve dan een aantal lichamelijke geuren. We zijn gelukkig met de politiebus i.v.m. vervoer!

Nadat de politie, wij dus, een aantal keren krachtig op de badkamerdeur hebben geklopt, zwaait deze vlotweg open. Het lijkt wel of er een stinkbom in ons gezicht ontploft. Gelukkig staat het raam open.

De man is onverstaanbaar aan het brabbelen. Hij heeft geen gebit in. De man heeft een volle grijze haardos. Zijn haardracht was ooit van alle haren met dezelfde lengte achterover gekamd en vastgehouden met Brylcreem.

Tegenwoordig is de Brylcreem niet meer in de haren en wappert de haardos bij elke beweging op zijn hoofd als losse bladeren aan een boom aangedreven door een willekeurige wind. Zijn gezicht is diep doorgroefd door de weersinvloeden tijdens een lang en hard werkzaam leven. Hij heeft een grote neus. Zijn gezicht oogt klein. Hij draagt een lange verfrommelde jas. Zijn hemd en broek moeten nodig gewassen worden. Hij is ongeschoren. Brylcreem dan, daar kom ik zo meteen op terug.

Op de badkamer blijkt dat de man nog niet klaar is met zijn visite. Het toilet is van een ouder model. Zeg maar een model waar je de geproduceerde tulband, in geuren en kleuren kunt zien en ruiken.

De man gaat met zijn handen in de wc-pot en veegt zo de zware donkere geproduceerde last, richting riool. We helpen hem met doorspoelen via de druktoets. Het lijkt alsof hij nog nooit op een toilet geweest is of dat hij vergeten heeft hoe het allemaal werkt. Na het doorspoelen waarbij hij aandachtig kijkt alsof hij water ziet branden gaat hij met zijn besmeurde handen in de doorgespoelde pot. Onderaan in de ruimte –gelukkig zonder remmende sporen- wast hij zijn handen schoon!

Zijn op een lengte geknipte haren vallen ruim in zijn gezichtsveld. Nadat hij zijn natte handen uit de pot terugtrekt gaat hij hiermee door zijn haren waardoor deze nat worden en enigszins in het gelid –dus naar achteren- worden vastgeplakt. Juist ja, natuurlijke Brylcreem. Mijn collega en ik hebben uit voorzorg de diensthandschoenen aangetrokken. We zijn netjes en hulpvaardig gebleven maar hebben desondanks zijn uitgestoken hand niet geschud!

In de tijd dat dit verhaal speelt is er nog geen legitimatieplicht. Op deze zondagochtend zijn alle sociale netwerken gesloten. Mijn collega en ik zullen hem dus naar huis brengen. Dus, indien mogelijk terugbrengen naar zijn sociale zorgkader. Gelukkig kan hij achter in de politiebus gaan zitten. Gelukkig kan hij ons nog de route aanwijzen met zijn handen naar zijn thuisadres. Met de ruiten vorstelijk geopend, brengen we hem naar huis.

Bij zijn woning in een z.g. kolonie blijkt deze Remi te wonen, alleen. Een woning in de staat zoals dat omstreeks 1930 gewoon was. Geen sanitaire voorzieningen binnenshuis. Alles in huis is versleten. Hoe hij aan eten en warmte komt of persoonlijke sanitaire verzorging in dit krot doet bij ons in ieder geval de nodige vraagtekens rijzen. Hij heeft daar blijkbaar geen problemen mee.

We informeren nog bij de buren en we hebben later nog de maatschappelijke zorg in kennis gesteld. Er schijnt zorg op afstand voor hem te zijn. (Tafeltje dekje en eten in het bejaardentehuis). Lichamelijk ziet de oude baas er nog goed uit, gelukkig. Ook van deze man nemen we met gemengde gevoelens afscheid


Iedere collega heeft tal van deze gebeurtenissen in herinnering.