Translate

woensdag 11 juni 2014

Komt een vrouw aan het bureau


Ik weet het nog als de dag van gisteren. Voor mijn ochtenddienst extra vroeg opgestaan om mijn collega’s van de nacht op tijd af te lossen. Vooral vroeg voor mij omdat ik met de fiets 10 kilometer moet aftrappen en daarna nog wil douchen om fris en frank voor de dag te kunnen komen. Hoe bizar zal deze ochtenddienst voor mijn collega en mij, verlopen.

Nadat ik mijn administratie en targets voor deze dag heb bekeken komt al gauw een vraag vanaf de collega’s aan de balie en intake. Er staat een vrouw met een prangende vraag.  Zij stond zojuist op het treinstation te wachten. Echter haar trein komt niet. Wel wordt er omgeroepen dat haar trein vertraging heeft opgelopen vanwege een zojuist plaatsgevonden noodlottig ongeluk. De vrouw wordt meteen bevangen door vrees omdat het te betreuren slachtoffer mogelijk haar man betreft. Zij weet ook niet hoe zij aan deze gevoelige wetenschap komt. Laten we het maar het zesde zintuig noemen. Aan de balie noch bij mij zijn op dat moment nadere gegevens bekend. De meldkamer heeft wel al een melding uitgegeven van een aanrijding waarbij een trein is betrokken. Andere collega's zijn aangestuurd en met spoed onderweg naar dit ongeval.

Ik weet achteraf niet meer hoe de vrouw uitziet. Wel kan ik mij haar ogen herinneren. Niet qua kleur maar de droefheid, de treurnis, vrees en onmacht die zij uitstralen. Wanneer je de ogen van mensen microscopisch beschouwd dan is een vergelijking met het heelal in al haar kleurenpracht, setting en verwevenheid eenduidig gelijk als een tweeling. Haar stille emotionele kracht laat mij direct acteren naar de persoonsgegevens van het treinslachtoffer. Gevoelsmatig weet zij eigenlijk al bij voorbaat, hoe laat het voor haar en kinderen is.

Ik bel met de collega’s op de ongevalsplek. Het treinverkeer is helemaal stopgezet voor politioneel onderzoek en bergen van het slachtoffer. Dit is geen sinecure dat kan ik u verzekeren. Daar laat ik het bij.

Ik heb inmiddels al bij de vrouw navraag gedaan over bijzondere lichaam merktekens, tatoeages en dergelijke bijzondere kentekens die een persoon maar op of aan zijn eigen lichaam kan hebben. Op verzoek van de collega’s op de ongevalsplek deel ik hun deze merktekens mede.

Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid aangevuld met andere specifieke details op de ongevalsplek blijkt, dat het slachtoffer haar ex-man betreft. Het echtpaar heeft nog kinderen die nog onwetend zijn van het overlijden van hun vader. Gelukkig is er nog geen getwitter aan de gang om de eenvoudige reden dat het twitteren nog geen grondslag heeft gevonden in onze maatschappij van dat moment.

De moeder is deze ochtend vroeg met haar auto naar het treinstation gereden. Echter gezien haar emoties is het totaal onverantwoord om haar nu naar huis te laten rijden. Dat zou zeer zeker voor catastrofale gevolgen hebben gezorgd ook voor de politie. Mijn collega en ik hebben de vrouw naar huis gebracht. Aan haar woning bij het zien van haar kinderen barst de emotionele bom met een emotionele knal die tot ver in de buurt te horen is.

Meteen weggaan bij haar woning en gezin kan niet.  Ook al krijgen we nog een prioriteit melding mee vanaf het bureau. Dan zit je in een spagaat. Het is niet anders.  Het verdriet in dit gebroken gezin te groot om nu en meteen te kunnen verhapstukken. Er moet met spoed geestelijke en emotionele ondersteuning geregeld worden. Dat weet je niet maar, zoiets voel je. Ik heb de huisartsenpraktijk gebeld en hen ingeseind. Maatschappelijke ondersteuning heb ik nog via onze kanalen in kennis gesteld.

Op het moment dat we verantwoord weg kunnen gaan bij de vrouw en haar kinderen ben ik naar de collega’s op de ongevalsplek met de trein gereden. Het treinverkeer is nog steeds opgeschort. De berging van het lichaam is nog steeds aan de gang. De collega’s vertellen me de vermoedelijke trieste oorzaak. Daar wordt je stil van. Wij kunnen hier niets meer betekenen.

Even later meld ik mij en mijn collega weer inzetbaar voor nieuwe incidenten. Ik hoef niet meer naar de eerdere prioriteitmelding. Deze viel achteraf mee en is opgelost door inzet van ander politiepersoneel.

Even later komt een ambulance i.v.m. een eenzijdig ongeval met tatutatu langs gescheurd. We zijn maar even uit collegialiteit meegereden want de andere aangestuurde surveillance is veel verder weg dan wij. Gelukkig blijkt dit incident achteraf mee te vallen. Hierna rijden we naar het bureau voor de debriefing van het treinongeluk. Achteraf is iedereen tevreden over de collegiale inzet.

We zijn uiteraard weer beschikbaar gemeld en op weg om te gaan eten. Ook dat moet gebeuren vanwege de opkomende honger en ook om even af te kunnen relativeren of af te schakelen. Tijdens de rit naar ons eigen bureau worden we door de meldkamer alweer aangestuurd naar een onwel wording in een woning.
Voor de tweede keer deze ochtend rijden we alweer met spoed met tatutatu. De ambulance komt ongeveer tegelijkertijd met ons op de locatie van onwel wording aan.

De flatwoning is in een appartementencomplex gelegen. De toegangsdeur is afgesloten en slechts en alleen toegankelijk voor eigen bewoners. Niemand opent de deur. Snelheid is geboden want er kan iemand sterven als we niet op tijd bij hem kunnen komen. Ik breek met een breekijzer de toegangsdeur open. We rennen met de ambulancebroeders naar boven. De woning van de onwel wording is afgesloten. Op aanbellen wordt niet gereageerd. Ik trap i.v.m. de menselijke nood met een forse trap de deur met een knal open. Achteraf blijkt dat mensen in paniek en stress zijn geraakt en op aanvraag abusievelijk het verkeerde huisnummer te hebben opgegeven. In de woning met de ingetrapte deur wordt niemand aangetroffen. Blijkt achteraf dat iemand een epilepsie aanval kreeg. De ambulancebroeders hebben deze persoon voor zover nodig nog geconsulteerd. De bewoner van de flatwoning met de ingetrapte deur die bij thuiskomst zijn deur geforceerd ziet, heeft na mijn uitleg begrip voor de situatie. Ik regel meteen mensen om de deur te repareren.

Terug op het bureau blijkt dat deze ochtend de wet van Murphy midden in ons gezicht ontploft is.  Door meer dringende prioriteiten dan beschikbare surveillances. Waardoor ik noodgedwongen keuzes moest maken. Achteraf is gebleken dat de andere prioriteiten die langszij gekomen zijn, in de kiem gesmoord konden worden. Gelukkig maar.

Voor mij in ieder geval een troost dat toen ik de vrouw van het treinongeluk dezelfde ochtend nog heb teruggebeld op haar verzoek. Zij bedankt mij voor de goeie inzet van mijn collega en ik. Dit ondanks haar grote verdriet en ingestorte wereld.

Dienstbaar en waakzaam zijn voor de samenleving. Daar doet de politie het toch maar weer voor, iedere dag weer opnieuw.