Translate

woensdag 7 oktober 2015

Drank en letsel

Tijdens een van mijn diensten heb ik een aparte casus meegemaakt. Het voorval is medisch gezien 100 procent onverantwoord voor en door de betrokkene. Maar wel komisch, dramatisch, en zielig tegelijk. In een pokerspel heet zoiets, three of a kind!

Mijn collega Jolanda en ik krijgen tijdens onze nachtdienst een melding dat er een man op straat ligt in een grote plas bloed en dat hij erg agressief is. We weten niet wat we ervan moeten denken. Dus rijden we heel snel naar de opgegeven locatie. Daar zien we drie behoorlijke bloedplassen op straat liggen en een man op zijn rug. Hij is bij kennis alhoewel met onsamenhangende spraak en wild-woeste ogen. Zijn haarbos lijkt gedrenkt te zijn in gestold bloed, geen mooi gezicht. Het kunstlicht van de bij-schijnende lantaarnpaal maakt e.e.a. visueel ietwat luguber. Een taxi chauffeur en een omstander staan erbij en hebben meteen de spoedhulp van politie en ambulance gealarmeerd via 112.

Eigenlijk een voorval dat een groot rechercheonderzoek zou rechtvaardigden als niemand op dat moment bij het slachtoffer zou zijn was geweest om de gebeurtenis nader toe te lichten.

De gewonde man is volgens de taxichauffeur uit de taxi gestapt en achterover gevallen op straat, op zijn achterhoofd. De taxichauffeur heeft nog tegen hem gezegd te wachten omdat hij hem zou willen ondersteunen bij het uitstappen. Oost Indisch doof om niet te luisteren en te wachten op naasten-hulp. De man is behoorlijk in de olie en gedraagt zich zelfs voor een zatlap wel heeeeeeel erg vreemd.

Hij zegt herhaald dat hij naar huis, naar zijn Staartje, wil gaan. Staartje blijkt achteraf zijn hond te zijn. De man heeft mogelijk een hersenschudding opgelopen door met zijn bulles op de macadam te caramboleren en moet daarvoor mee naar het ziekenhuis. Hij kan niet lopen noch opstaan. Met zachte drang wordt zijn willoos vlees hij op het brancard geheven en gefixeerd met riemen en een nek-brace. Met de nodige weer- en tegenstand lukt dit toch nog. Een veilig transport naar het ziekenhuis kan nu gegarandeerd worden. De ambulance rijdt in de holst van de duisternis naar het ziekenhuis met de patiënt annex lastpost.

Ik heb het gevoel dat het met deze lastpost in het ziekenhuis niet anders zal verlopen dan hier en nu op straat. Wat drank al niet kan doen met een mens ten nadele van zijn eigen gezondheid. Jeetje.

We zullen vannacht ongetwijfeld nog van hem horen, zo bespiegelt mijn voorgevoel met me mee op mijn schreden. Een zus van hem blijkt een paar huizen verderop te wonen. Op ons aanbellen wordt het slaapkamerraam geopend. De vrouw roept ons toe dat haar broer vaker dronken is. Het is kermis in dit kerkdorpje en dan wordt als vanouds flink gedronken. Vooral door haar broer. Zij zal zich over Staartje, de hond, ontfermen. Zij is niet ongerust, zeker een ervaringsdeskundige.

En jawel hoor, later in de nacht krijgen we zoals min of meer verwacht, een melding over dezelfde man maar nu vanuit het ziekenhuis. Hij heeft zichzelf ontslagen uit zijn medische care en is naar buiten gewankeld! Echter zonder succes. Buiten is hij opnieuw op zijn buts gevallen en alweer voor passende medische zorg terug in het ziekenhuis. Hij wil nog steeds maar een ding, naar Staartje gaan. Hij is nog steeds zeer lastig en weerspannig op alle aangeboden hulp.

De man blijkt na zijn tweede valpartij zo goed als handelingsonbekwaam en een duidelijk geval voor de hulpverlening dan wel de psychiatrie. In het ziekenhuis zijn twee artsen in opleiding die hem niet kunnen laten gaan maar ook geen raad met hem weten. Na ruggespraak met hun meerdere, de piket hoofdarts of een dergelijke functionaris-coach, blijkt dat deze niet voor nader onderzoek wil komen opdraven, omdat de man dronken zou zijn. Een waarlijke visionair.

Dus dit zou opnieuw een probleem moeten opleveren dat bij de politie weggezet moet worden i.v.m. openbare dronkenschap. Dit terwijl hij in het ziekenhuis aanwezig is en niet in het publieke domein aanwezig is!

Helaas, maar daar gaan wij dus niet in mee. Met gewonde mensen kun je niet gaan leuren, lijkt me. Stel je voor er gebeurt met de patiënt tijdens zijn vervoer in de politieauto een medische complicatie. Wat dan? De piketarts heeft daar kennelijk geen wetenschap aan en schuift de zaak af op zijn artsen in opleiding.

Wij hebben de man uiteindelijk toch achter kunnen laten in het ziekenhuis, omdat hij daar volgens ons thuishoort. Wij vinden trouwens dat er al voldoende tijd is gespendeerd aan dit oneigenlijk politiewerk, zoals al zo vaak de laatste tijd. Touwtrekken met psychisch- en gewonde mensen en protocollen kost steeds meer kostbare politietijd. Tijd die we dan niet kunnen inzetten voor de veiligheid in ons werkgebied of waar dan ook in de openbare- publieke ruimte.

Na het maken van de nodige röntgenfoto's blijkt dat de man mogelijk een hersenschudding heeft. Hij krijgt een verplicht wekadvies. Verder heeft hij een bloeduitstorting of een bloeding dan wel opeenhoping van vocht in zijn hersenpan opgelopen. Dus verdere noodzaak om hem terzijde te staan in een puur medische omgeving is geboden en urgent.

Er is veel te zeggen over de veelvoud aan protocollen in het ziekenhuis. In dit geval kan ik echter alleen maar respect hebben voor de verpleegsters van de eerste hulp en verder voor de artsen in opleiding.

Daarnaast dient vermeld te worden dat mijn collega Jolanda zich als een echte volleerde Florence Nightingale dienstbaar opstelt en de “patiënt” rustig en in toom heeft weten te houden. Zij kijkt naar mogelijkheden en niet naar eventuele beperkingen of onwerkbare aanpak en protocollen.

De verantwoordelijke arts op afstand heeft het niet nodig gevonden om persoonlijk poolshoogte te komen nemen. Hij heeft alles op de schouders van zijn ondergeschikten en politie proberen af te wentelen.

Mijn opvatting dat de mens in nood niet altijd centraal staat maar wel gemakzucht, hiërarchie of geld, komt latent in mijn gedachtestroom bovendrijven. Ondanks de afgelegde eed van Hippocrates.

Ik heb mij bovendien afgevraagd of medische- psychiatrische care afgewenteld kan of mag worden op de politie. Dat wij daarbij helpen, sturen en bijstaan mag duidelijk zijn.

Het politie buikgevoel en onze ervaringen in het zorg circuit geven voldoende aan dat we het geregeld bij het rechte eind hebben m.b.t. psychiatrische gevallen die voor onze neus opdoemen waar en wanneer dan ook.

Met het imago van de Nederlandse politie is niets mis gezien onze kennelijke onmisbare hulp in het medisch circuit. In welk ziekenhuis dit voorval plaatsvond, dat doet er niet toe. Alle medewerkers in het ziekenhuis en mijn collega's en ik hebben ons uiterste best gedaan. Dat heeft gewerkt, en juist daar doen we het voor. De man is in het ziekenhuis achtergebleven.

De Nederlandse artseneed (2003) afgeleid van de eed van Hippocrates
#Ik zweer / ik beloof dat ik de geneeskunst zo goed als ik kan zal uitoefenen ten dienste van mijn medemens. Ik zal zorgen voor zieken, gezondheid bevorderen en lijden verlichten. Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Ik zal aan de patiënt geen schade doen. Ik luister en zal hem goed inlichten. Ik zal geheim houden wat mij is toevertrouwd. Ik zal de geneeskundige kennis van mijzelf en anderen bevorderen. Ik erken de grenzen van mijn mogelijkheden. Ik zal mij open en toetsbaar opstellen, en ik ken mijn verantwoordelijkheid voor de samenleving. Ik zal de beschikbaarheid en toegankelijkheid van de gezondheidszorg bevorderen. Ik maak geen misbruik van mijn medische kennis, ook niet onder druk. Ik zal zo het beroep van arts in ere houden.
Dat beloof ik; Zo waarlijk helpe mij God almachtig.

De eed van Hippocrates lijkt eigenlijk op het belangrijkste artikel voor de politie:
#De politie heeft tot taak in ondergeschiktheid aan het bevoegd gezag en in overeenstemming met de geldende rechtsregels te zorgen voor de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen die deze behoeven.


Wie er het beste uitsprongen is? Ik denk Staartje.