Translate

maandag 10 november 2014

De verzorgingsstaat voor ouderen

Een rustige zondag dagdienst zonder spoken op de weg! De dienst staat gepland voor incidenten afhandeling. De werkzaamheden beginnen met administratie, een kopje koffie en de sociale media. U kent het wel. Er zijn nog geen meldingen, waardoor ik rustig aan het bureau mijn gang kan gaan.

Plots komt de meldkamer met een bericht i.v.m. een oude verwarde mevrouw. Zij is nota bene aangelopen in een verzorgingstehuis waar zij niet thuishoort! Of wij daar even poolshoogte kunnen gaan nemen. Poolshoogte nemen is in veel gevallen de zelfredzaamheid overnemen en alles rondom personen of zaken afdoende te regelen en waterdicht af te kitten. In onderstaand relaas blijkt dat wij dat met de beste wil en inzet, niet altijd kunnen. In onderstaande melodramatische casus helaas niet.

Het betreffende verzorgingstehuis ligt in ons bewakingsgebied. Dicht in de buurt zijn er nog soortgelijke ondernemingen t.b.v. het tanende AOW Nederland.

Peter en ik gaan naar de opgegeven locatie waar we een oud omaatje van 83 lentes aantreffen. Zij is van het type knuffel oma. Zij heeft geen kinderen, blijkt ons achteraf. De oma zit in de gemeenschappelijke zaal met bij haar vaste maatje door regen en wind, de ijzeren solide doofstomme rollator on wheels.

In dit verzorgingstehuis lopen naar schatting, een tiental personeelsleden rond. In de zalen zitten, meerdere oudjes. Zij lijken samen te socialiseren maar velen onder hen voelen zich toch wel alleen in deze grijze menigte. Soms hebben ze een beetje aanspraak onder elkaar of er komt een sporadisch familielid langs. Dit alles in het kader van een wel of niet moreel verplicht nummertje i.v.m. een mogelijke erfenis.

Het enige telefoonnummer dat men vanuit de betreffende verzorginstelling kan bereiken is 0900-8844. Oftewel de politie locale! Niemand heeft op dit moment de helderheid van geest om eens rond te bellen naar de omliggende verzorging- annex bejaardentehuizen. Op de rollator staat ook nog haar adres! Om haar nek heeft ze een zogenaamde alarmknop. Al met al had men dit geheel vakkundig en zelfstandig zonder de interventie van politie locale, afgekund.

Vreemd, dat op het moment dat wij in uniform in volle glorie ten tonele verschijnen dat een iemand van de verzorging plotseling begint ”rond” te bellen. Wel pas na een verhelderingsvraag van mij. Dan blijkt dat dit knuffel-omaatje op bepaalde dagen dag opvang  geniet. Weliswaar 2 straten verderop in een verzorgingsinstelling, maar dan toch. Ook met deze belangrijke informatie is de wedstrijd nog steeds niet gewonnen!

Vreemd. Het is dus aan de politie om omaatje mee te nemen en te gaan zorgen voor opvang, onderkomen, hulp of wat nog meer nodig is. Ook vreemd dat de politie –naar mijn idee- meer dienstverlenend bezig was dan de feitelijke zorginstanties. De rollator wordt ingeklapt en met oma rijden Peter en ik naar de betreffende dagopvang instantie.

Daar heeft men zowaar een contactpersoon. Goh, dat had toch in eerste instantie ook telefonisch doorgegeven kunnen worden, maar ja het is niet anders. Daar hoeft oma niet voor in de kou komen te zitten. Alles kump good! Een gevleugelde spreuk in het Limburgs dialect.

Ik heb vervolgens met de contactpersoon in kwestie - familielid - gebeld. Hij woont te ver af voor bezoekjes bij tante. Dus hij heeft niet of nauwelijks contact met haar. Hij deelt mede dat wij haar rustig thuis kunnen brengen en afzetten. Vermoedelijk valt bij het omaatje " het kwartje “ in de zin van; dan vallen weer alle puzzelstukjes op de juiste plaats. Gelooft u het? Ik, in ieder geval niet. Niemand kan op deze dag des Heren bereikt worden voor daadwerkelijke nazorg.

Oma woont nog op het adres dat nota bene geplakt is op haar rollator. (Wie haar vind mag haar terugbrengen). Dit soort zorg op afstand baart mij ernstige zorgen, dat mag u best weten. Duidelijker en afstandelijker kan bijna niet. Wanneer je kunt lezen tenminste, of helpen!

Haar thuis afzettende komen meteen de buren op ons afgelopen. Zij maken zich beiden ernstig zorgen. Het gesprek gaat meteen in de trant van; is ze alweer weggelopen, waar moet dat heen, dit kan toch niet. en dergelijke bewoordingen. De oude buurman heeft vorige week bij haar het gasfornuis dichtgedraaid en afgesloten, omdat dit aanstond. Het is maar afwachten op een ongeluk (binnenbrand). Zij loopt ook heel vaak doelloos en verloren over straat, vertelt deze nestor.  

In de woning rondgekeken blijkt dat het er allemaal bijzonder netjes uitziet. Met de nadruk op bijzonder.

Geheel tegen ons gevoel in hebben ook wij, oma in haar woning achtergelaten. Wij hebben haar gevraagd om binnen te blijven en niet te verdwalen buiten op straat.

Zij zwaait ons bij het afscheid super vriendelijk uit en is kennelijk heel tevreden over de politie als zij ons als zodanig herkent. U en ik weten dat zulks geen oplossing biedt. Als mensen niet meer voor zichzelf kunnen zorgen door dementie in welke mate dan ook dan moet er iets geregeld kunnen worden. Zij heeft vooral een veilige woonplek nodig en een structurele vorm van toezicht. Haar lange termijn geheugen is nog goed, zij praat dan ook graag over vroeger. Zij benoemt een aantal levenservaringen. Echter van het heden en het nu heeft zij geen enkel benul.

De spreekwoordelijke vraagtekens staan dof in haar ogen gebeiteld. Een vraag om even te stoppen of om haar eigen tas vast te houden, begrijpt zij niet meer. Zij is wel de meest vriendelijke vrouw van Nederland, dat laatste kunnen mijn collega Peter en ik u verzekeren. Een dergelijk lief oude omaatje verdient een veilige warme en sociale plek in de samenleving, laat dat overduidelijk zijn. Echter deze sociale zekerheid kan kennelijk niemand meer bieden op de dag van vandaag. Dan kijk ik toch met grote argusogen van onbegrip, richting politiek.

Mijn schrikbeeld van de toekomst in Nederland en de ouderenzorg. De zorg wordt uitgekiend en kostenbesparend gepland via grafieken en cijfers. Kil zonder emotie, volhardend en sterk bezuinigend.

Ik heb ons computersysteem getuige gemaakt van deze interventie. Verder heb ik gevraagd voor hulp voor deze lieve knuffel oma.

De fictieve werkelijkheid in mijn beleving is dat ik of een van mijn collega's de ronddolende oma moeten gaan zoeken als zij weer eens de weg kwijt is. Letterlijk of figuurlijk. Om haar naar een veilige plek te brengen. Een ongeluk loert op iedere stap die zij maakt.


Al we bij oma wegrijden –en zij ons heel hartelijk uitzwaait- valt mij haar huisnummer op, 13.