Translate

zondag 11 mei 2014

Hulp aan de dolende Chinees

Hulp aan de dolende Chinees

Stel voor je bent plots in een onbekend en vreemd land. De mensen zijn anders, spreken een andere taal. Alles wat voor jou herkenbaar is, is jammer genoeg niet meer te vinden. De cultuur maar vooral de taalbarrière blijkt een niet te nemen hindernis. Denk maar eens aan de toeristische globetrotters die naar verre oorden reizen en met handen en voeten moeten praten om zich enigszins verstaanbaar te kunnen maken. Tel daarbij op dat je geen telefoon of andere communicatie bij je hebt. Nou dan dwaal en dool je er maar een stuk op los. Je hebt honger en dorst maar dat is dan niet te vragen of te krijgen. Sommige mensen zijn wellicht ook nog te trots om iets te vragen aan een ander.

Dat gebeurde afgelopen zomer in mijn geboortestad met een oude Chinese man. Hij was sinds kort in Nederland op bezoek bij zijn familie. Op een gegeven moment liep de man buiten rond en was helemaal de weg kwijt. Helaas had hij geen aanknopingspunten met zijn omgeving en zijn familie of verblijfadres. Dit was omstreeks 11.00 uur in de ochtend. In de vroege avond kwam zijn familie naar het politiebureau om zeer ongerust, zijn vermissing te melden. Zij waren reeds lange tijd op zoek maar konden hem maar niet vinden. Op een gegeven moment kwam er een telefoontje binnen aan het bureau van een verwarde buitenlandse man in een roodachtig T-shirt met een zwarte broek. Deze man zou in het een dorp ronddolen.

Mijn collega en ik reden meteen omstreeks 21.00 uur die kant uit maar ook wij konden hem niet vinden in het dorp. De buurt werd systematisch uitgekamd. Bij diverse mensen uit de buurt werd navraag gedaan. Uiteindelijk met een Back tot the roots gedachte zei ik tegen mijn collega van, dan rijden we maar langs alle Chinese restaurants in de buurt. Dat was er maar eentje, gelegen op de T-straat. Daar aangekomen trof ik mijn gelijkenis en evenbeeld aan. Dat was mijn broer en een andere bekende. Zij hadden een Chinese man bij zich die kennelijk in de war was. Zij hadden deze als het ware zielsverloren aangetroffen bij een rotonde in de buurt. Ook zij waren naar het Chinese restaurant gelopen met dezelfde gedachte. Hadden politie en burgers gelukkig toch maar dezelfde gedachtegang. Namelijk mensen helpen en taalbarrières proberen te beslechten. Echter de Chinese uitbater verstond zijn landsman helemaal niet! Kennelijk worden in China ook meerdere talen gesproken die niet iedereen verstaat of begrijpt. Het signalement van de oude man was iets anders dan wij hadden doorgekregen. Hij droeg namelijk een verweerd roze shirt met een grijze broek.

Zijn familie werd door ons telefonisch in kennis gesteld. Wat hij wel begreep was dat wij van de politie waren. Kennelijk door de uniformen. Hij stapte dan ook vrijwillig in onze transporter. Hij praatte ronduit Chinees. Ik praatte ronduit dialect tegen hem. Dat deerde hem niet. Hij was blij en opgelucht. Maar ja als je vele uren in de zon hebt rondgedoold dan heb je honger en dorst. Het meegenomen flesje water in de transporter vond –na aanwijzend vragen-  gretig aftrek in zijn mond. 2 minuten later werd hij herenigd met zijn gezin. Onze reddende handen werden geschud en besloten met een oprechte Chinese buiging.

Bleek dat de oude man een gepensioneerde politieman uit China was. Dus wij waren voor hem wel vertrouwd genoeg om in te stappen en mee te gaan.

Op de terugweg naar het bureau zei mijn collega nog dat hij hem voor aanvang dienst op de B-straat had gezien. Toen viel bij mij het kwartje. Ook ik had hem op mijn fiets op de deze straat gepasseerd. Hij liep op het fietspad in plaats van op het smalle trottoir. Hij reageerde dan ook niet om opzij te gaan nadat ik gefiets-beld had. Had ik toen maar geweten dat die man de weg kwijt was. Maar ja je kunt -helaas en soms gelukkig niet- iemand in zijn hersenpan kijken. Praten had helaas niet gekund met deze pensionado politieman ergens uit China. Het zou toch een mooie vooruitgang zijn als iedereen naast zijn moedertaal een andere gezamenlijke gekozen taal kon spreken.

Toch maar weer “Eind goed al goed” in samenwerking met de burger, dit keer mijn eigenste broer.