Translate

woensdag 24 december 2014

Mantelzorg met kerst

De laatste donkere dagen van dit jaar heb ik dienst met aardige collega’s. Meestal heb ik dienst met leuke collega’s en heel soms is het een uitdaging. Enfin, dit terzijde!

Ik lees dat Nederland slecht is begaan met de economie en als hekkensluiter met de zorg en vooral hoe we daar in 2015 mee door denken te gaan. Vooral op basis van cijfers, grafieken en terror aanslagen. 

Met terror aanslagen daar bedoel ik puur en alleen maar de gevoelige kwesties in ieders portemonnee mee, het alsmaar duurder worden van alles wat we willen kopen en de mantelzorg van onze dierbare erflaters! Het lijkt wel of iedereen de laatste dagen van 2014 het verschil nog willen gaan maken door te kopen, te kopen en af te kopen. Goed voor de economie en goed voor het gevoel, dit afkopen van zonden en zo. We moeten de mallemolen wel kunnen blijven bijbenen, toch. Ten koste van..

Ik rij rond in een opvallende politieauto in mijn bewakingsgebied, tegenwoordig de hele Westelijke mijnstreek in en rondom Sittard, Geleen Beek en Stein. Aangedreven door benzine en meldingen die niet kunnen wachten bedienen we iedereen zo goed als mogelijk met zijn of haar kwesties en problemen en plakken de gezondheidspleisters voor het momentum. 

De politie is met haar krachten 24/7 inzetbaar. De verdeelsleutel brengt dat wij ook meer met minder moeten doen, teleurstellingen zullen niet uitblijven, helaas!

In het centrum van Sittard zijn Oost-Europese types van criminele aard bezig om de mensen te beduvelen. We murwen ons langs lange roodlicht-ige slierten van file auto’s. We rijden in het voetgangersdomein om de openbare orde te handhaven en te zorgen dat iedereen zich naar moderne menselijke maatstaven gedraagt, helaas. In het centrum lijkt het wel of we geen crisis hebben te verduren. Een collega in burger is waaks en attendeert ons op de Oostelijke Europese types. 

Voor deze dag verstieren wij hun meelijwekkende interventies om publiek op een zielig vertoon of verhaal over te halen tot afgifte van geld in Babylonische spraakverwarringen oftewel babbeltrucs. Daar trapt toch geen gezond mens meer in, uitzonderingen bevestigen jammer genoeg steeds meer deze regel.

Voor deze dag hebben we een kwalijke ader naar boven weten te halen. Ik twitter dat de POLICE ARE HERE, en kijk uit voor criminaliteit. Vreemd. Het gebeurt steeds weer en meer. Iedereen gaat van huis weg om te kopen, te kopen en anderen te plezieren met materialisme waar we de zolder al vol van hebben liggen, zo lijkt het te zijn. Tenzij ik naar de Engelen van Sittard lees en luister en hun prevelende smeekbeden om beter te doen en oprecht te delen met de naaste minder gefortuneerde medemens.

Geen donaties via giro 555 maar in woord en daad iets spenderen dicht in de buurt voor degenen die niets hebben en niet in de stad kunnen komen om te kopen. Deze onfortuinlijken hebben namelijk niets te makken en zitten in een koude rillerige woning te kleumen achter de geraniums –al dan niet van plastic-  op eenzame- en desolate wijze.

We rijden weer na onze interventie en komen langs een mooi nieuw appartementencomplex in de binnenstad. Ik herinner mij plots een interventie bij een aandoenlijke bejaarde mevrouw. Deze interventie spookt al een tijdje in mijn hoofd maar ik heb deze politionele bemoeienis nog niet op papier gedeeld met u. Ik zal de gebeurtenis aanhalen als een kerstverhaal met een goeie levendige afloop.

Namelijk een tijdje terug in de warme zomer worden mijn collega en ik ontboden bij een adres in het centrum. De thuishulp heeft aangebeld bij een bejaarde mevrouw maar krijgt geen respons. Er moet iemand thuis zijn maar die opent om onverklaarbare redenen de deur niet. Of u het gelooft of niet. Ik hanteer op zeer regelmatige frequente wijze een sleutel in de vorm van een stalen breekijzer om daar te komen waar het niet kan of is toegestaan onder normale omstandigheden. Vooral achter gesloten deuren van onze bejaarde weldoeners, ouders en grootouders van weleer. Zij zijn tegenwoordig hulpbehoevend. Niet maatschappelijk gezien maar vooral geestelijk en lichamelijk is hun achteruitgang sterk ingezet door de tand des tijds en economische kaalslag.

Ik stop bij een mooi nieuwe appartementencomplex van meerdere etages waar ouderen zorgvuldig opgestapeld worden en er hun huiselijk vertier kunnen beleven. Niets is minder waar dan deze cijfermatige maar vooral grafieke uiting op papier, helaas.

Ik loop het gebouw binnen. Het ruikt naar nieuw vloerbedekking, ik constateer ruime afmetingen van gangen en trappen. De verflucht maakt dat het gebouw zo goed als nieuw oogt. Een serene bouwsteen matige omgeving van super de luxe kwaliteiten. Vooral voor diegenen die het betalen kunnen al dan niet gesponsord door nazaten of loerende erfgenamen in een ver van mijn bed hoedanigheid. Ik neem aan dat dit de beste oplossing is voor alle betrokken partijen! Ver weg van verantwoording, naastenliefde en menselijke warmte. Ook al is het warm in deze zomer.

Ik neem de elevator-lift naar boven tot bijna in de wolken. De nieuwigheid verschaft een aurora van hemelse invloeden en geurenpalet. Met de lift pareer ik de wolken en alles waarin deze etage achtige stapeling verantwoording aflegt voor de makers, heil aan U! Dan spuugt de lift mij op de hoogste etage uit en haar deuren gaan  van; sesam open u.

Dan tref ik de thuiszorgmedewerkster voor een gesloten deur. Prachtig in de verf. Een inbreker komt er niet langs tenzij hij liters arbeidszweet spendeert. Dan kom ik uit mijn droom en illusie van weggeborgen mensen. De deur is van hoogwaardige kwaliteit, gehard en van de buitenwereld ordentelijk afgesloten door sloten en driepuntsvergrendeling die alles buiten dienen te houden.

Met mijn amigo breekijzer maak ik al snel rappe vorderingen. Ik steek hem in de sluitnaad en maak gebruik van mijn lichaamsgewicht in relatie tot sterke staalachtige inprentingen met de slangenkop van mijn breekijzer. We krijgen samen een minimale kier voor elkaar. Ik wroet verder en met technieken in de vorm van hefbomen knal ik de deur open Boem-paf-krak. Ten koste van houtwerk en gepolijste verf die de deur en kozijn zo mooi en solide uiterlijk verzorgen. Ik ben binnen.

Op zoek naar de alleenstaande mevrouw zoeken we de woning snel door. Ondertussen zet ik de rokende drooggevallen pruttelende waterketel uit door de gaskraan dicht te draaien. Jeetje, wat had hier allemaal kunnen gebeuren door brand en zo. U mag het zelf invullen. De meest trieste voorstellingen zouden mogelijk bewaarheid kunnen worden.

Op de w.c. treffen wij de bewoonster aan in de naaktheid van haar bestaan. Ik ben bewogen door wat ik aantref. De bejaarde mevrouw is als een diagonale stijve plank op de w.c. Meer dan 16 uur heeft zij op haar toilet gezeten, gelegen en is meer een versteende gemummificeerde vorm van leven dan een mens in zijn of haar waardigheid. De ambulance collega’s en de mevrouw van de thuiszorg verlenen direct de meest noodzakelijke menselijke maat door haar aan te kleden, te verschonen en weer toonbaar te maken. 

Uiteindelijk zal blijken dat de bewoonster overvallen is door een hersenbloeding en in haar lichamelijke nood de noodknop niet meer heeft kunnen bedienen. En dat voor en tijdsduur van een avond en een nacht, bij elkaar opgeteld meer dan 16 uur lichamelijke voortdurende nood.

De ambulance collega’s nemen haar mee naar het ziekenhuis voor hulp en menselijkheid.

Wat een onmenselijke casus. Het schijnt dat de politie achteraf vaker financieel verantwoordelijk kan zijn voor breekschade. Dan denk ik So What, hulp; mag wat kosten. Ik heb een goede daad verricht ondanks de schade aan dood materiaal.

Deze week dacht ik van, hoe zou het met die bejaarde vrouw zijn. Zou zij nog leven en kunnen genieten van haar wereldse bestaan of zit zij als vele anderen achter de geraniums weg te kwijnen in woord en daad in de vergetelheid en de schaduw van de wereld, al dan niet in de kou.

Ik hoor ondertussen het geknal van vuurwerk waar de politie ook moet handhaven. Ziekte in de vorm van een hersenbloeding dat overkomt je. Vuurwerk daar kies je voor. Vele verontruste telefoontjes hebben de politie bereikt om Nederland vuurwerk rustig te houden tot de klapper van Nieuwjaar 2015. Dieren kiezen niet voor knallen en vuurwerkrampen.

Ik wens u fijne dagen, gezondheid en bezinning over wat werkelijk telt!


vrijdag 19 december 2014

Leiderschap en veranderingen



De blog  "De nieuwe kleren van de keizer" http://t.co/j1MYPLrpdF van prof. A.B.Hoogenboom zet mij aan het denken en brengt mij terug in herinnering aan mijn bijdrage in "Politie blauw" van 2013.

Mijn blog hieronder weergegeven, is nog steeds actueel te noemen, vreemd nietwaar.   

Mijn blog dan: De onderwerpen, interviews en items in het januarinummer 2013 van Blauw zijn interessant. Mijn aandacht wordt vooral getrokken naar het interview met de minister van Veiligheid en Justitie.

Waarin de minister al snel bekent dat hij niet de baas van de politie is, maar dat dit verankerd is in de driehoek van politie, openbaar ministeries en de burgemeesters in Nederland. Meteen wordt ingegaan op tal van vraagstukken die de politie aangaan.

Er wordt echter niet gerept over het conflict met de vakbonden. De bonden zien in aanleg naar 1 januari 2013 geen heil meer in overleg met de minister. Ik begrijp de vakbonden en ik ben blij dat ze inmiddels weer het overleg hebben hervat met de minister. Ik vind het volstrekt onjuist om sociaal statutaire zaken in eerste aanleg top-down te bepalen en dan in principe/feitelijk terugkomen op deze sociale menselijke aspecten. In verband met tegenwerking door de vakbonden. Zoals de reorganisatie, omvorming en aanscherping tot nationale politie. Echter politiewerk is mensenwerk en het kan niet zo zijn dat zaken die tientallen jaren op een bepaalde manier moesten worden uitgevoerd nu abrupt en geheel worden gestript en volledig worden afgebroken.

* De bureaucratie wordt niet voldoende assertief aangepakt doordat er tal van zaken weer ongevraagd volgens opdrachten bijkomen. Voorbeeld ID-zuil en extra werk dat iedere dag weer aan casescreening wordt opgedragen. Het openbaar ministerie blijkt in het kielzog van casescreening ook een onuitputtelijke bron van extra werk in lopende zaken. Het is maar de vraag of deze extra’s steeds maar weer het verschil kunnen maken in rechtszaken, waarin de rechter uiteindelijk beslist en uitspraak doet.

* Respect en geweld tegen politie is een onderwerp dat elk politiemens in Nederland aan het hart gaat. Zware strafeisen door het openbaar ministerie zijn een maatstaf maar geen enkele garantie. De rechter spreekt onafhankelijk zijn of haar oordeel uit. Daar wringt nu juist de schoen in geweldzaken. Ik denk zelf dat met betrekking tot uitspraken winst te behalen is. Wetgeving moet aangescherpt en voldoende duidelijk worden, opdat de rechter zijn werk eenduidiger kan doen. De mitsen en maren, zeg maar de psychische- en persoonsaspecten mogen wel meewegen. Maar is het noodzakelijk om deze aspecten altijd zo zwaar te laten meewegen, vraag ik mij af. Het publieke oordeel mag toch ook meetellen! Misschien jury rechtspraak!

* De minister oppert voorts dat er in het kader van geweld tegen politie een opdracht komt waarin de drie componenten van professionele weerbaarheid worden versterkt. Deze mentale krachttraining wordt ingepast en tot 2014 wordt iedere politieman/vrouw op straat hierin getraind. Ik heb deze training doorlopen en ben maar wat blij hierover. Echter een opschaling met 32 uur IBT per jaar is en blijft een druppel op een gloeiende plaat. Gestreefd moet worden naar wekelijkse conditionering in tal van zelfverdediging aspecten. Ik weet ook dat dit niet haalbaar zal zijn. Ik zou het alleen jammer vinden als politiemensen denken dat 64 uren oefenen per jaar voldoende is om de mentale weerbaarheid tot algemeen aanvaardbaar peil op te kunnen schroeven. Ik vraag mij bovendien af waar die 64 uur per politiemens op straat, vandaan moeten komen. Dit zal de normale werkdruk van de politiemensen in kwestie verder onder zware mentale- en lichamelijke druk zetten.

* De professionele ruimte moet verder uitgebreid worden. Dit betekent ook buiten de lijntjes kleuren als de situatie zulks rechtvaardigt. Als voorbeeld: we schoppen toch een deur in krachtens het nieuwe artikel 3 van de politiewet (hulp te verlenen waar nodig en erger te voorkomen) als iemand in nood is. Dit proces moet voortvarend en ondubbelzinnig worden weggezet in de nieuwe werkwijze en aanpak van de nationale politie. Dat is toch operationeel leiderschap waar het om draait vanaf vandaag. Dus hoofdzaken aanpakken en niet met een kanon op een mug schieten in de bijzaken die ons in de weg blijven staan en achtervolgen.

* Politioneel draagvlak en uitvoering wordt hierdoor eenduidiger, beter en professioneler. Ik weet zeker dat politiemensen op straat verkregen opdrachten niet - zonder zelf na te denken - invullen zonder daarbij persoonlijk vakmanschap en ervaringen, hiernaast te plaatsen. Voor politiewerk is eigenlijk geen standaardisering mogelijk.

Wel wettelijke aspecten en politioneel optreden in het publieke domein in navolging van de bepalingen van de politiewet. Maar continu bevestigen uitzonderingen op de regel de ongewenste feitelijkheden. Dan gaan politiemensen uiteindelijk interpreteren en vertalen wat van hogerhand gecommandeerd is. Politiemensen zijn pragmatisch, maar geen robots die ongevraagd uitvoeren wat aan hen is opgedragen. Zonder ook maar persoonlijk een Touch hieraan toe te voegen.

Vele van de huidige wetten zijn onwerkbaar in vooral uitvoering en handhaving. Een en ander staat loodrecht op de frase dat iedereen de wet behoort te kennen.

* Inderdaad is het hoog tijd dat de politieleiding leiding gaat geven en niet meer van achter het bureau bepalend is voor de aanpak op straat. De leiding zal bruggen slaan naar de politiemensen en samen zal beheer en uitvoering bij de politie sterker ondersteund worden ten faveure van het politiewerk op straat en de bestrijding van de criminaliteit. Wij allen, de leiding meegerekend, zullen ook samen opnieuw opgevoed moeten worden met de importantie van geweld en politiewerk onder verzwarende omstandigheden op straat. Dus korte en heldere lijnen moeten een her-start vormen in de kielzog van de uitvoering Nationale politie. Dat betekent dat ieder politiemens deze handschoen kan, mag en moet oppakken. Daar worden we met zijn allen beter van. Het vertrouwen vooral op straat zal door nieuwe aanpak sterk groeien.

Uiteindelijk moeten de burgers meer omarmd worden in politiezaken. Daarbij vooral als informatiegever. De burger mag echter geen gevaar lopen fysiek, mentaal dan wel het bekend worden van diens identiteit. Dit moet steeds meer en beter gewaarborgd gaan worden in community policing vanaf afgelopen 1 januari 2013!

PS: We zijn nu bijna 2 jaar verder en er is nog steeds weerstand tegen de voorgenomen politieke plannen van de vorming tot Nationale politie. De korpschef -onder auspiciƫn van de politiek- gaat aanstaande januari 2015 in overleg met de bonden en de COR politie. Ik ben benieuwd, u toch ook?



vrijdag 5 december 2014

Straatroof op 13 jarige

Altijd ben ik gewend om mijn politiewerk te verdelen in wijkwerk en incidentenafhandelingen. Afgelopen dinsdag middag mag of moet ik de voor mij geplande intake dienst doen. 

Een aantal intake collega’s zijn uitgevallen om varia redenen dus wordt uit politie blauw de leegte opgevuld. Geen probleem alhoewel ook daar de rek bijna eruit is. Ik zal merken dat hulpverlening ook van achter een bureaustoel heel goed kan werken.

Ik begin al snel met een breed scala aan problemen die de mensen komen uitstorten uit frustratie, nood, hoop op beter en op advies van derden. De problemen liggen te vaak op het civiele vlak. Als je dan geen krimp geeft dan komen de problemen van zelf overwaaien naar het strafrechtelijke vlak. Ik geef dus welgemeende adviezen en doe mijn stinkende best. De minuten en de uren tikken in een rap tempo aan mij voorbij. Er heerst een flinke druk op de ketel zonder pauze. Buiten op straat pakken donkere wolken zich samen en doen sommige mensen vreselijke criminele dingen.

Dan komt er iemand een geldboete betalen die ik moet innen alsof ik een bankmedewerker ben. De bureaucratie steekt mij hierbij een grote spaak in mijn spreekwoordelijk wiel, maar het is niet anders. Dit soort werk zou veel makkelijker moeten kunnen. Op het moment dat ik de boete aan het innen ben van een ambtshalve goede bekende, komt er een moeder met haar zoontje van 13 aan de balie. 

Mijn collega die de receptie als een Florence Nightingale beteugelt, staat hen te woord. Vanuit mijn plek heb ik zicht op de balie en krijg een heel klein beetje mee van dit verhaal, want ik zit met die geldboete afhandeling te frunniken. De collega van de receptie gaat meteen over tot actie. Ik krijg uit een ooghoek mee dat er iets ergs aan de hand is. De collega komt naar me toe en ik begin over die geldboete en de afhandeling. 

Zij neemt dit aapje meteen van mijn schouder en tegelijkertijd stort zij in een ware spraakwaterval de casus van dit jongetje van dertien jaar, over mij uit. Trading places dus.  Ik kom meteen in actie. Welke actie dan? Ik neem beiden meteen mee in mijn spreek hok want meer is het niet en beluister dat het incident al 1,5 uur geleden gebeurd is. De boeven zijn reeds over alle bergen en dalen. De moeder is beduusd en het jongetje oogt aangeslagen. Geen wonder want het is heel erg wat hem overkomen is. Ik kom hier zo op terug.

Ik probeer beiden gerust te stellen door het verhaal te laten doen. Ik luister eerst en even later begin ik te typen. Echter ook hij is een spraakwaterval en ik kan hem bijna niet bijhouden. Het toetsenbord krijgt er ongenadig van langs van mijn twee wijsvingers. Het jongetje vertelt ronduit en ik laat hem zijn verhaal vertellen. Dat lijkt me voor hem op dit moment de beste remedie tegen een eventueel opgelopen trauma. Ook blijkt uit de staart van zijn aangifte dat hij oog blijft houden voor zijn omgeving en de veiligheid van anderen. De moeder oogt steeds meer verschrokken over wat met haar kind nog meer had kunnen gebeuren, triest. 

Dit ventje vertelt mij dat hij van school naar huis is gefietst omstreeks 16.00 uur. Vanuit het centrum gaat zijn route ietsjes berg op en wordt de bebouwing minder en minder. Dan komt hij in een veld achtige omgeving die ’s zomers mooi en fleurig oogt maar nu door de herfstperiode met weinig daglicht nogal guur en nat is.

Op een kruising op zijn thuisroute doemt plots een onbekend persoon op die hem de weg afsnijdt waardoor hij moet afstappen. Dan wordt er een pistool of een dergelijk voorwerp op hem gericht en gericht gehouden voor de hele duur van de overval. Een tweede persoon staat iets verderop, ook al met een dergelijk wapen in zijn handen. De jongen wordt gedwongen om zijn beurs af te geven met inhoud. Van de inhoud van zijn beurs kun je nog geen blikje limonade kopen. Hij blijft bang, bedeesd maar ook rustig ten opzichte van zijn overvaller. Van thuis uit heeft dit jongetje goede manieren meegekregen tijdens zijn relaas heeft hij geen enkele keer gevloekt of gescholden. Zelfs tegenover mij blijft hij rustig praten over de overvallers. Hij heeft zijn emoties nog steeds in bedwang.

Hij heeft geen telefoon bij zich want die was hij deze sowieso kwijtgeraakt aan zijn overvallers. Na de overval moet hij van zijn overvaller omdraaien en richting stadscentrum terug fietsen. De daders verdwijnen uit zijn zicht mogelijk de iets verderop gelegen woonbuurt in.

Er naderen op dat moment twee fietsers. Hij waarschuwt beiden over wat hem zojuist overkomen is, een oudere man gelooft niet dat hij is overvallen en zegt van ja, dat zal wel! Een meisje neemt zijn waarschuwing dankbaar aan. 

Vervolgens gaat hij naar een adres waar hij mag bellen en waar zijn moeder hem afhaalt. Aan het bureau nemen we de zaak heel serieus en regel ik slachtofferhulp voor hem en ook zijn ernstig geschrokken moeder. In dit gezin zal deze avond mogelijk wel een kaarsje opgestoken worden. Hun kind is gelukkig ongedeerd gebleven maar voor hetzelfde geld had dit allemaal zo veel gewelddadiger kunnen aflopen.

Het onderzoek loopt nog. Hopelijk komt er snel schot in de zaak en kunnen we de overvallers oppakken. Ik denk dan weer aan die twee naderende fietsers van wie een dit manneke niet op zijn woorden gelooft dat hij is overvallen en bovendien zijn waarschuwing meteen in de wind slaat!

Onder buurtparticipatie en naastenhulp versta ik toch iets anders. Zeer zeker in de advent periode voor de kerst.

Tijdens mijn intake dienst mag ik nog een paar keer onoverkomelijke problemen oplossen dan wel adviseren. Kennelijk is dit ander soort dan politiewerk toch onze core business geworden. Terwijl ik op mijn beurt later in de nacht naar huis fiets denk ik nog even aan die laffe overval op een kind met een vuurwapen. En aan de intake-rs die elke dag opnieuw vol aan de bak moeten om de voorgeschotelde ellende steeds maar weer moeten verhapstukken.

Op straat zie ik de maatschappij in een rap tempo verharden en wordt het er niet makkelijker op om het positieve verschil als politie te blijven maken. Het politionele werkterrein is grijs, rotsachtig en ongekend ruw, alle protocollen, afspraken en regels ten spijt.

Van mijn intake dienst kan ik deze middag stellen dat de politie zich veel bezig houdt met tal van zaken. Casussen en zaken zijn vaak niet des politie maar we zijn wel 24-7 aanspreekbaar en meteen bereikbaar al is het via 112. Al is het alleen maar voor de eerste opvang van dit groeiend leger van gedupeerden.

Ik hoop dat we de daders snel kunnen oppakken. De krant en de sociale media hebben al bericht over deze straatroof.