De ochtenddienst incidentenafhandeling op de rustige
zondagochtend heb ik samen met collega wijkagent Peter. Verder schuift student
Roger aan die in het kader van zijn politie opleiding praktijkervaring moet
opdoen. Tegenwoordig zijn alle incidenten afhandelingsdiensten druk, apart of gewoonweg
verbijsterend van aard. Vooral als we als hulpverleners mogen/moeten aantreden.
We zijn koud in gemeld bij de OC (meldkamer) of we krijgen
een prioriteit 1 melding in de buurt. Er heeft een persoon in nood diverse
keren ingebeld via 112 waarna de lijn op onverklaarbare wijze verbroken wordt.
Deze persoon is kennelijk in hevige nood. Onmiddellijk optreden en
hulpverlening is zeer gewenst. De ambulance is al onderweg, zo geeft onze OC
aan ons door.
We rijden met gepaste snelheid naar de opgegeven woning, een
flatgebouw. Op het bewuste huisadres wordt na herhaald aanbellen niet
gereageerd. We komen dus niet meteen binnen in de gemeenschappelijke
toegangsruimte. Na even rond-gerinkeld
te hebben op de omliggende adressen wordt de gemeenschappelijke voordeur
met een mechanische ja-klik geopend. Op het bewuste huisnummer doet niemand open.
Op de voordeur prijkt een opvallend rode sticker m.b.t. zuurstof patiënt COPD
o.i.d. Navraag bij omwonenden resulteert niet in de noodzakelijke info. De
meldkamer zegt dat het bewuste huisnummer het juiste is. Verder uitstel is geen
optie. Dus moet de deur eruit.
Roger neemt het voortouw en trapt met drie gerichte trappen
de halve deur en het slot eruit. Paf bam en de deur bezwijkt onder zijn
beenkracht. We kijken binnen de woning. Inderdaad deze staat leeg. We
overleggen met OC terwijl deze op de achtergrond al druk doende is om de
persoon die gebeld heeft te traceren via de zendmasten en de politieregisters.
We krijgen van de OC super snel de operationele info dat ook zijn nieuwe adres vlakbij
is.
Snelheid en actief handelen is nog steeds geboden. We racen
naar de nieuwe locatie. Ook hier doet niemand open. De rolluiken zijn omlaag en
de gordijnen gesloten. Ik loop achterom en daar staat een slaapkamerraam op de kiepstand.
Dit is volgens onze interne alarmbellen de place to be. Ik duw de raam naar
achteren, krak krak krak. Helaas blijft ie hangen in zijn metalen hengsels.
Roger met zijn boomlange lijf plaatst een breekijzer ertussen en met een
krachtige wrik- hevelbeweging knalt de ruit eruit. Peter en Roger klimmen snel naar
binnen want er is iemand in doodsnood. Zij openen de voordeur waarna de
ambulance collega’s en ook ik, naar binnen kunnen.
In zijn slaapkamer ligt de bewoner op de vloer naast zijn
bed. De telefoon ligt op het nachtkastje. Terwijl de ambu collega’s beginnen
met de reanimatie zorgen wij voor voldoende licht en verschuiven het bed om
meer werkruimte te creëren. Ik ben al heel blij dat de ambu collega’s de
reanimatie starten. Voor ons is dat altijd moeilijk om de simpele reden dat wij
niet vaak genoeg reanimeren, behoudens de IBT herhalingslessen. De ambu heeft
ook super apparatuur en de juiste know-how hiervoor. De slaapkamer lijkt in
no-time omgetoverd te zijn in medisch centrum west in het klein. Met zuurstof-,
uitlees- en automatisch reanimatie apparatuur wordt de slaapkamerruimte al snel
heel erg klein.
Dan arriveert volgens protocol de tweede ambulance. De
reanimatie apparatuur doet krachtig zijn werk op de borst van de persoon. Even
later na de vastgestelde positieve reanimatie effecten wordt de persoon op een
brancard getild en voor transport naar het ziekenhuis in de ambulance geschoven.
Er wordt van de patiënt die nog steeds buiten bewustzijn is, van alles opgemeten
en geregistreerd.
Er is dan al een hele tijd vergaan vanaf het tijdstip van
melding tot het forceren van een deur en een raam op twee verschillende
locaties en het starten van de daadwerkelijke reanimatie.
De persoon –zo laat de apparatuur zien- heeft weer een hartslag,
de reanimatie is dus gelukt. Nazorg wordt verleend in het ziekenhuis door de
zorgprofessionals. Dan verlaat de ambu-crew deze locatie en gaan wij verder met
het zoeken naar familiegegevens om hen te kunnen waarschuwen.
Ook laten wij via OC de woningvereniging inschakelen in de
twee verschillende woningen voor de flinke breekschade om deze zo goed als het
kan voor dit moment provisorisch te herstellen in verband met dichting,
afsluiting en zaakwaarneming. Dit zijn wij verplicht en doen dit als onderdeel
van ons werk dan ook graag.
We telefoneren een boel, en komen gelukkig achter de nodige
familie gegevens die door andere collega’s in de regio op de hoogte worden
gesteld. Ik zelf bedien de sociale media en ben blij met de vele positieve
reacties die ons politiewerk in collegiaal verband met de ambulance collega’s
ten deel is gevallen.
We praten nog even na op het bureau met onze collega’s tot
de volgende melding zich aandient waarna wij weer overgaan tot de orde van de
dag. Ergens in de buurt is ingebroken en de ruiten zijn vernield. Voor de
zaakwaarneming nemen wij deze melding mee. Het weer is weerbarstig van wind,
regen, hagel tot sneeuw afgewisseld met een zonnestraaltje. Veel mensen op de
fiets zij als het ware overvallen door het humeurige weer en worden nat en
verkleumd. De gure wind föhnt hen droog, terwijl zij hun route voortzetten met
bedenkelijke stormachtige gezichten. Zij hebben gelukkig alleen maar last van
het weer.
Na de dienst praten we nog even met Roger over zijn aanpak
en betrokkenheid. Peter en ik hebben geen seconde het idee gehad dat Roger een
politiestudent is. Hij heeft zich volwaardig aan zijn taak gekweten. Hij mag
vaker met ons op dienst want hij is uit het goede politiehout gesneden.
Over het wel en wee van het slachtoffer doen wij geen
uitspraken vanwege de privacy. Weet echter dat het leven soms aan een zijden
draadje hangt. Als je geluk hebt aan een dun sterk blauw draadje, “the thin
blue line”.
Mooi dat we hebben kunnen helpen.