Translate

zondag 11 augustus 2019

In mijn rug getrapt..

Als ik in mijn herinneringen graaf, komen er tal van geweldszaken  naar voren.  Dit soort kwesties zitten nagenoeg bij iedere politieagent in zijn persoonlijke al dan niet verwerkte memoires. Het leuke met herinneringen is dat er geen tijdsdruk op staat en dat ze af en toe boven komen drijven.  Ze voeren je weer even terug naar het moment  van ondergane gewelddadigheid.

Een aantal jaren geleden alweer  was ik met mijn maat en collega Henny op pad. Het was een rustige dag zonder veel incidenten of bijzonderheden.  Ik was al aan het denken dat ik na dienst naar huis zou fietsen en een leuke avond met mijn gezin zou hebben. De zon scheen lekker en ik was niet erg alert op dat moment. Verveling of moe door zware onregelmatige diensten in combinatie met fluweelzachte zonnestralen in mijn porum? Tja. Ik was mijn zonnebril vergeten. Hoe anders zou het deze dag verlopen voor de politie in heel ons district.

In de buurt van het politiebureau waar wij in de sluimering van de dag naartoe  reden, reed plots een auto van rechts voor ons langs.  Het was in de nadagen van de  prestatiecontracten op bonnen aantallen.  De stimulering van de staatskas deed ons extra alert zijn. Mijn collega riep van; Han heb je dat gezien? Ik werd meteen getriggerd en ik zag nog een hand aan een oor waar een telefoon inzat.

Mijn collega maakt vaak grapjes en zet mensen graag ludiek maar wel netjes op het verkeerde been. 

Maar nu was zijn toon ferm doch politioneel streng en duidelijk.  “Die was aan het bellen” was zijn oordeel.  Dus nodig om de bestuurder en overtreder toe te spreken. De “stop”bak van de politieauto werd aangezet. De bestuurder reageerde echter niet. Hij was bijna bij de plaats  van zijn bestemming, zijn woonadres op een vrij-statige omgeving.  

Voordat hij aan onze ziedende blikken kon verdwijnen in de anonimiteit  stonden we bij hem en zijn auto midden op zijn vrij-statige-thuis locatie. Mijn collega stelde de overtreder in kennis van zijn vergrijp. Het was een dure boete. Dus begon die persoon te intimideren et cetera. Hij kreeg meteen veel bijval want we werden binnen de korst mogelijke tijd  omsingeld door tal van andere vrij-statige-bewoners.

Samen sterk was kennelijk hun motto want de overtreder kreeg plots veel bijval en dacht de boete te kunnen ontlopen door de toegesnelde hulp en initimidatie die verbaal als hoogdravend te betitelen was.  Nadat de boete was aangezegd begon het allemaal non-verbaal-gewelddadig te worden. 

Ik had mijn “bek” zogenaamd nog niet opengetrokken. Ik stond dicht achter mijn collega met mijn armen over elkaar.  Alert doch in een standbeeld-achtige houding.  De overtreder kreeg geen respijt bij mijn collega en moest dus financieel bloeden.  Ik ben een stuk kleiner dan mijn collega en aldus begon het intimidatie en dreigende verbaliteit mijn richting op te komen. 

Ik zei nog tegen de querulant dat mijn collega zijn bel-actie gezien had,  dus ook bij mij geen kans op een wet Mulder rehabilitatie.  Ik vond het wel mooi dat hij in het zicht van zijn thuishaven niet veilig was maar geldelijk beboet werd.  Mijn non verbaal gedrag stond hem niet aan en hij begon mij te beledigen als heuse voorman van een grote menigte vlak achter hem, die overtuigend aan zijn kant van het onrecht stond.

De eerste keer dat ik wat zei tegen die persoon was dat hij was aangehouden voor belediging. Ik voegde meteen daad bij mijn woord en greep hem vast. Hij sloeg naar mij maar kwam niet los uit mijn greep. 

De overige aanwezigen aan zijn  kant begonnen in de richting van ons ook nog non-verbaal te acteren. Trekken, duwen, schoppen in mijn rug, intimideren, bedreigen en schreeuwen. 

Kortom een jewelste poging om de persoon te ontzetten.  Dan gebeurt er een hoop om je heen en schakel je over op overleven en terugtrekken.  Ik hield  vast wat ik had in een staande wurggreep en merkte een hoop geweld om mij heen. Echter, ik voelde  geen lichamelijk geweld tegen mijn persoon.  

Het werd steeds onveiliger om ons heen. De dreigingen tegen ons werden steeds heftiger.Mijn maat had de tegenwoordigheid van geest om een nood oproep assistentie collega te doen. Ik had geen arm of hand meer vrij... 

De blauwe hulptroepen van collega’s  kleurden de hemel -politie zwaailichten-  blauw. Auto’s met collega’s  reden in uiterste Vitesse naar ons toe. Veel politiehulp was in no time bij ons.  Op dat moment zat de arrestant al in de politiebus en konden wij veilig terugtrekken. 

Later hoorde ik pas van mijn maat dat ze me in mijn rug hadden getrapt.  Door de adrenaline had ik dit niet gemerkt in eerste instantie.

Dus -buiten de arrestant in het politiebusje- werden nog een aantal  verdachten daar aangehouden op heterdaad.

Ik was mijn horloge kwijt, mijn telefoon en een aantal persoonlijke bezittingen. Achteraf is dat goed gekomen en heb ik mijn spullen teruggekregen. Wat kapot was gegaan, werd vergoed.

Aan het bureau volgden nog  diverse aangiften m.b.t. schijnbaar aangewend politiegeweld, tegen mijn persoon.  Een farce en leugen(s) naar later bleek. 

Definitief heeft justitie zich hierover gebogen en heeft de aantijgingen juridisch gepareerd en uitgevlakt. 

De verdachten werden allemaal veroordeeld door de rechter. De mate van straffen weet ik niet meer precies.  Dat vind ik achteraf ook niet belangrijk. Echter geweld tegen politie werd ook toen niet getolereerd.  Belangrijk voor mijn maat en mij was dat er werd doorgepakt.

Na de zitting bij de rechter moesten de verdachten allen onder meer een geldboete betalen. Dit als onderdeel van de strafoplegging. 

Volgens eigen recept had een van hen dat niet gedaan, in de trant van; justitie bekijk het maar.  Dat betekent dus dat openstaande boetes die op enig moment  onherroepelijk worden.  

Veel later werd die verdachte rug-schopper gecontroleerd. Hij had een openstaande boete. Bleek dat hij alsnog moest gaan zitten voor een behoorlijke tijd wegens het niet betalen van de door de rechter opgelegde boete in mijn zaak.

Uiteindelijk heb ik voor een tweetal zaken respect gekregen. Dat justitie een lange adem had  door een opgelegde boete te blijven vorderen. Ten tweede dat de assistentie aanvraag werd gehonoreerd en dat collega’s het vuur uit de sloffen reden om  mijn maat en mij te assisteren en te ontzetten.

Wrang is weer het feit dat geweld tegen politie steeds maar erger en grotesker wordt.  Vele collega’s worden in privétijd belaagd alsmede hun gezinnen. Politiebonden en politietop zijn furieus.